De provincie streeft naar aantrekkelijke, gevarieerde en leefbare woonmilieus die voorzien in de woonvraag. Het maken van bovenlokale afspraken hierover is van provinciaal belang. Gemeenten werken hun aandeel in het woonaanbod en de woonmilieus uit in de Gemeentelijke structuurvisie of het Woonplan. Zij houden daarbij rekening met de huidige kernenstructuur in de gemeente en de behoefte aan verschillende woonmilieus. Om zorgvuldig ruimtegebruik in Drenthe te stimuleren, wordt gestreefd naar het bundelen van wonen en werken. Verdichting gaat vóór uitbreiding. Extra ruimte voor wonen en werken is er in (of aansluitend op) het bestaande bebouwde gebied en gebundeld rond de regionale voorzieningen voor infrastructuur en openbaar vervoer. Uiteraard is het niet de bedoeling dat dit streven ten koste gaat van cultuurhistorisch waardevolle dorpskernen. In zulke situaties wordt met de betrokken partijen naar een maatwerkoplossing gezocht.
Zorgvuldig ruimtegebruik
De provincie wil zorgvuldig omgaan met de beschikbare ruimte in de provincie. Grootschalige bouwplannen en uitbreidingen in het landelijk gebied, los van bestaande bebouwingslocaties, zijn niet vanzelfsprekend. De provincie vindt dat gemeenten bij nieuwbouwplannen een werkwijze moeten hanteren die leidt tot zorgvuldig ruimtegebruik. Zorgvuldig ruimtegebruik is van provinciaal belang.
Kernkwaliteiten
De kernkwaliteiten worden in de Omgevingsvisie nader gespecifeerd. Omdat niet alle kernkwaliteiten goed te duiden zijn in het fysiek-ruimtelijk domein, hebben zijn ze vertaald naar indicatoren. De volgende indicatoren zijn van belang.
Ten aanzien van landschap is de ligging in een wegdorpenlandschap van belang, waarbij het gaat om het behouden en versterken van de openheid en de smalle verkavelingsstructuur. Daarnaast gaat het om het het behouden en versterken van de karakteristieke macrogradiënten van het Drents Plateau in relatie tot de aangrenzende en lager liggende veengebieden.
Aardkundige waarden vormen een kernkwaliteit van Drenthe. Aardkundige waarden die bijdragen aan het specifieke Drentse karakter wil de provincie behouden en waar mogelijk herstellen zonder daarbij het normale landbouwkundig gebruik te belemmeren. Voor de aardkundige waarden onderscheid de provincie drie beschermingsniveaus, die verschillen in de mate van inzet van de provincie. Voor het plangebied geldt het laagste beschermingsniveaus. Daarvoor verwacht de provincie passende inzet van gemeente om aardkundige waarden adequaat te betrekken in ruimtelijke plannen.
Ook ten aanzien van archeologie onderscheid de provincie verschillende beschermingsniveaus. Voor het plangebied geldt een generiek beschermingsniveau. Uitgangspunt van de provincie is hier dat alle behoudenswaardige vindplaatsen die op de Archeologische Monumentenkaart van Drenthe staan en de nieuw ontdekte behoudenswaardige vindplaatsen niet ongezien kunnen verdwijnen
Het provinciale beleid ten aanzien van cultuurhistorie is beschreven in het Cultuurhistorisch Kompas. Twee doelstellingen staan hierin centraal. Ten eerste wil de provincie de cultuurhistorie herkenbaar houden. Het provinciaal belang cultuurhistorie is vastgelegd in de Cultuurhistorische Hoofdstructuur. Ten tweede wil de provincie de ruimtelijke identiteit versterken. De provincie doet dat door ruimtelijke ontwikkelingen te sturen vanuit samenhangende cultuurhistorische kwaliteiten, met respect en durf. Daarin is ruimte voor inspiratie en eigen afwegingen van onze partners. Het veiligstellen van cultuurhistorische waarden en tegelijkertijd het bieden van ruimte voor ontwikkelingen, vraagt om een heldere wijze van sturing. De provincie maakt onderscheid tussen drie sturingsniveaus: respecteren, voorwaarden stellen en eisen stellen. Voor het plangebied geldt het sturingsniveau 'respecteren'. Daarbij richt de provincie zicht op het waarborgen van de cultuurhistorische samenhang voor de toekomst. De initiatiefnemers hebben de verantwoordelijkheid om de cultuurhistorische hoofdstructuur als inspiratiebron te benutten. De provincie beoordeelt de plannen en initiatieven daarop.
Conclusie
Het hergebruiken van een bestaand bedrijfsperceel, binnen de bestaande, bebouwde kom van een dorp, voor een nieuwe woonfunctie leidt tot zorgvuldig ruimtegebruik, zonder dat een van de provinciale kernkwaliteiten in het gedrang komt. Dit bestemmingsplan is dan ook in overeenstemming met de Omgevingsvisie.