a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van de inwerkingtreding van het wijzigingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
b. het is verboden het met het wijzigingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel
artikel 4 lid 2 sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
c. indien het gebruik, bedoeld in
artikel 4 lid 2 sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
d.
artikel 4 lid 2 sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.